Een verzekeraar wil graag een polis aanbieden waar veel zorg in zit maar die de hem zo weinig mogelijk kost. Dat is goed voor zijn concurrentiepositie en winstcijfers. Dat werkt alleen als de verzekeraar zijn verzekerden kan sturen naar een zorgverlener waar hij de zorg goedkoop in kan kopen.
De verzekeraars kunnen zorgverleners onder druk zetten om zorg te leveren voor een te laag tarief. Dat werkt als volgt.
De politiek heeft de verzekeraars de taak gegeven de kwaliteit van de zorg te stimuleren. Uitgangspunt van de politiek is dat je de kwaliteit kunt stimuleren door voor een betere kwaliteit een hoger tarief te betalen. Deze opdracht gebruiken de verzekeraars om hun marktpositie te verbeteren.
Onder het mom van kwaliteitsverbetering leggen verzekeraars fysiotherapeuten een enorme administratieve last op om voor een redelijk tarief in aanmerking te komen. Veel fysiotherapeuten willen niet aan die extreme administratieve eisen voldoen omdat dat de inhoudelijke kwaliteit van de behandeling aantast. Deze fysiotherapeuten krijgen een laag tarief. Die lage tarieven houden de kosten voor de verzekeraar laag. Voor de fysiotherapeuten wordt het met die lage tarieven moeilijk om kwaliteit te blijven leveren.
Met deze strategie tasten de verzekeraars de kwaliteit van de zorg aan in plaats van die te stimuleren. Voor de winstcijfers van de verzekeraar werkt het echter heel goed om zorgverleners te dwingen voor een te lage prijs te werken en hun verzekerden te sturen naar deze zorgverleners.